Door de seizoenen met onze schapen

De Winter 

Tijdens de wintermaanden kan het behoorlijk koud zijn, maar de schapen lopen toch heerlijk buiten. Ze hebben geen last van de kou, omdat ze een dikke, warme vacht hebben die hen uitstekend beschermt tegen de winterse omstandigheden. Wol heeft van nature uitstekende isolerende eigenschappen die ervoor zorgen dat de lichaamswarmte van de schapen goed wordt vastgehouden. Deze natuurlijke isolatie zorgt ervoor dat de schapen het lekker warm hebben, zelfs bij lage temperaturen. Daarnaast is de wol ademend, wat betekent dat de schapen niet oververhit raken wanneer ze actief zijn. Hun vacht zorgt dus voor een optimale balans tussen warmte en ventilatie, wat essentieel is voor hun welzijn in de koude wintermaanden. 

Naar binnen

Aan het einde van de winter gaan de schapen in koppels naar binnen. Dit doen we omdat we binnenkort hun lammetjes verwachten en we willen dat de moeders in een rustige en veilige omgeving kunnen bevallen. De schapen krijgen hooi en kuilgras te eten, wat zorgt voor een goede voedingsbasis. Naast het reguliere voer krijgen ze extra vitamines en mineralen om hun gezondheid te ondersteunen en de juiste conditie te behouden. Dit is niet alleen goed voor de moeders, maar ook voor de ontwikkeling van de lammetjes. De extra voeding helpt de moeders om voldoende energie en voedingsstoffen te hebben voor de geboorte en het zogen, terwijl de lammetjes de beste start kunnen maken in hun eerste levensfase. 

Schapenscheren

Zodra de schapen binnen zijn, beginnen we met scheren. Ze hebben hun wol niet meer nodig, omdat het binnen warm genoeg is—hun jasje mag uit.

Ook voor ons heeft het voordelen om de schapen zo snel mogelijk te scheren. Binnen eten ze veel hooi en wordt er stro gestrooid, wat in de wol kan blijven hangen. Door ze vroeg te scheren, houden we de wol zo schoon mogelijk.

Een ander voordeel is dat we de gezondheid van de schapen beter in de gaten kunnen houden, en het scheren zorgt bovendien voor een hygiënischer geboorteproces. Dit komt zowel de moeder als de lammetjes ten goede.

Lammertijd

Lammertijd is een bijzondere periode waarin onze schapen hun lammetjes krijgen. Het aflammeren gebeurt meestal vanzelf, maar soms bieden we extra ondersteuning wanneer dat nodig is, bijvoorbeeld als er complicaties zijn of wanneer een schaap extra hulp nodig heeft.

Na de geboorte blijven de moeder en haar lammetjes de eerste week samen in een hok. Dit bevordert de binding tussen hen en zorgt voor een rustige, veilige omgeving voor de lammetjes om zich te ontwikkelen. Gedurende deze week houden we de gezondheid van zowel de moeder als de lammetjes goed in de gaten. Krijgen ze voldoende eten en drinken? Groeien de lammetjes goed en zijn ze actief? Is de moeder in goede conditie en krijgt ze de juiste voeding?

Door deze zorgvuldige monitoring zorgen we ervoor dat zowel de moeder als de lammetjes zich optimaal kunnen ontwikkelen en goed voorbereid zijn op de komende weken.

Het Grote Hok

Wanneer de band tussen het moederschaap en haar lammetjes sterk genoeg is en de lammetjes zich goed ontwikkelen, mogen ze de andere schapen en lammetjes leren kennen in een groter hok. Dit biedt meer ruimte voor interactie en stelt de lammetjes in staat om samen met de andere dieren te socialiseren. Moeder en lammetjes krijgen een kleurblok met dezelfde kleur, zodat we de binding tussen hen goed kunnen blijven volgen en altijd weten wie bij wie hoort. 

In het grotere hok hebben de lammetjes veel meer ruimte om te bewegen en kunnen ze heerlijk rondrennen en spelen. Het is een vrolijk gezicht om te zien hoe ze steeds actiever worden, hun omgeving verkennen en met elkaar gaan spelen. Dit helpt niet alleen bij hun fysieke ontwikkeling, maar ook bij hun sociale vaardigheden. 

Voor het Eerst naar Buiten

Zodra het warm en droog genoeg is, mogen de lammetjes voor het eerst naar buiten. Dit is altijd een bijzonder moment, vol gemekker! De moeders willen hun lammetjes dicht bij zich houden, terwijl de lammetjes op hun beurt hun moeder zoeken. Dit zorgt voor veel geblaat, terwijl iedereen probeert elkaar te vinden in de nieuwe omgeving. 

Maar zodra de banden hersteld zijn en iedereen weer samen is, trekken ze  het veld op. De lammetjes ontdekken het buitenleven en hebben volop ruimte om rond te rennen, te spelen en de wereld om zich heen te verkennen. Ze leren al snel de geuren en geluiden herkennen en voelen zich steeds meer op hun gemak. Het is een prachtig moment, vol nieuwe ervaringen en ontdekkingen voor de jonge lammetjes. 

De Wolproductie

Nu de schapen weer buiten lopen en de temperatuur begint te dalen, ontwikkelt zich een dikke, warme vacht. Deze vacht is essentieel voor de schapen om zich te beschermen tegen de kou. Een gezond schaap krijgt een mooie, volle vacht, en daarom doen wij er alles aan om de gezondheid van onze schapen optimaal te houden.

We zorgen ervoor dat de schapen altijd toegang hebben tot vers gras en voldoende ruimte om de hele dag te grazen. Dit zorgt niet alleen voor een gezonde leefomgeving, maar ook voor voldoende beweging, waardoor ze in topconditie blijven. Gras is hun belangrijkste voerbron en levert de nodige voedingsstoffen voor een gezonde vachtgroei. Al deze zorg draagt bij aan een hoogwaardige wolproductie, die we later kunnen gebruiken voor onze prachtige wolproducten. De kwaliteit van de wol hangt nauw samen met het welzijn van de schapen, daarom is het zo belangrijk dat we hen de juiste zorg bieden.

Het Dekseizoen

Herken je dit? In de herfst en winter zie je vaak schapen met een gekleurde vlek op hun achterwerk. Deze markering geeft aan dat de ooi (het vrouwelijke schaap) is gedekt door de ram. De ram draagt namelijk een zogenaamd dekblok op zijn borst — een soort krijtblok dat tijdens het dekken een kleur achterlaat op de ooi. Zo weten we precies wanneer een schaap gedekt is en kunnen we goed inschatten wanneer de lammetjes geboren zullen worden.

Na drie weken vervangen we het dekblok door een blok in een andere kleur. Als een ooi dan opnieuw wordt gedekt en dus een tweede kleur op haar vacht heeft, betekent dit dat de eerste dekking waarschijnlijk niet succesvol was. Dit helpt ons om onze verwachtingen bij te stellen en beter voorbereid te zijn op het aflammeren.

Dankzij dit eenvoudige maar doeltreffende systeem kunnen we de voortplanting van onze schapen goed volgen en precies bijhouden wanneer we nieuwe lammetjes mogen verwelkomen.

De herfst 

Behalve tijdens de lammertijd lopen de schapen altijd buiten. Ze begrazen de weilanden van ons melkveebedrijf en zorgen daarbij direct voor bemesting, wat ontzettend goed is voor het bodemleven. De schapen dragen zo bij aan een natuurlijke, duurzame bemesting van de grond. Bovendien eten ze het gras kort af, wat in het voorjaar de hergroei stimuleert en zorgt voor een gezonde grasmat. Dit heeft niet alleen voordelen voor de schapen, maar ook voor de bodem en de algehele gezondheid van het land.

In de herfst zijn we vooral druk met het verkampen van de schapen. Omdat het gras niet meer zo snel groeit en het land natter wordt, moeten we de schapen regelmatig naar een nieuw kamp verplaatsen. Dit voorkomt overbegrazing en zorgt ervoor dat de weilanden voldoende tijd hebben om te herstellen. Door het verkampen kunnen we de weilanden optimaal gebruiken zonder ze uit te putten, wat bijdraagt aan een gezonde, productieve grasmat voor de toekomst.